Lieve lezer,
Op dit moment bevind ik me op een vrijwel uitgestorven school. Ik zit hier om nog even wat laatste mailtjes te beantwoorden voor ik het weekend in ga, maar eigenlijk wil dat niet echt meer lukken. Eigenlijk komt er geen woord meer uit mijn vingers en kan ik beter naar huis gaan.
Toch doe ik dat niet. Ik blijf op school en zit hier tot het einde van de dag, bijna elke dag. Het liefst zou ik helemaal niet meer naar huis gaan, want thuis is het stil.
Ik woon alleen, alleen in mijn eigen stille flatje. Ja, ik heb twee parkieten. Die zijn ontzettend gezellig en maken af en toe genoeg lawaai voor tien, maar toch zit ik daar alleen. En soms is die eenzame stilte beangstigend.
Begrijp me niet verkeerd. Ik ben graag op mezelf, wil liever geen huisgenoten en zou absoluut niet terug willen naar mijn moeder. Ik heb het goed in mijn eigen kleine huisje en ik geniet van mijn zelfstandige leventje. Maar toch is die stilte soms beangstigend. Lijkt het of de muren op je afkomen, of geen enkele plek meer veilig is. Je wilt vluchten, vluchten voor de stormen in je hoofd. Maar waar je ook heen vlucht, die storm gaat continu met je mee. Hij laat je niet alleen. Laat het nooit eens daadwerkelijk stil zijn.
En dus vlucht je maar weer. Vlucht je in het drukke leven en vlucht je in het niet eten. Het drukke leven zorgt er voor dat je geen tijd hebt om na te denken, zorgt dat je bezig bent en bezig blijft. Je zoekt de rust bewust niet op, wilt niet toegeven aan de gedachten en de pijn die dan tevoorschijn komen. Ook vlucht je in het niet eten, om maar niet te hoeven voelen. Hoe minder je eet, hoe minder gevoelens er naar boven komen. Dat afgevlakte gevoel is prettiger, voelt veiliger. Liever geen gevoel dan pijnlijke, verdrietige of angstige gevoelens.
Lang houd je dat vol, maar soms, heel soms, haalt de stilte je in. Een oorverdovende stilte. Een beangstigende stilte. Een stilte die je doet snakken naar adem en je het leven moeilijker maakt dan het al is. Een stilte die je al die tijd zorgvuldig vermeden hebt. Een stilte die je op dat moment niet meer uit de weg kan gaan.
Je kunt vluchten in destructief gedrag, je kan de mentale pijn omzetten in lichamelijke pijn. Maar toch blijft de storm je achtervolgen. Je hoofd laat je nooit met rust. Waar je ook heen vlucht, je neemt altijd jezelf mee.
De storm laat je niet met rust. Je blijft rennen, vluchten voor een oorverdovende stilte.
Liefs Isa.