Zie ze eten, zie ze kauwen.
Zie ze praten, zie ze snauwen.
Zie ze leven, zie ze gaan.
Zie ze lopen, zie mij staan.
Zie ze denken, zie ze schrijven.
Zie ze dansen, zie die lijven.
Zie ze lachen, zij zijn blij.
Zie ze leven en zie mij.
Zie de wereld, zie de mensen.
Zie het meisje, voel de wensen.
Zie een ander, het geluk
Zie haar verlangen, dat is stuk.
Zie de hoop, die is vergaan.
Zie de zorgen, zie haar staan.
Zie het leven, voel de pijn.
Zie de vragen, volg de lijn.
Zie de twijfel, zie de angst.
Zie haar gevecht, dat duurt het langst.
Zie het ongeloof, zie je mij?
Zie de tranen,
maak haar vrij.